Hoofdstuk 4. SlotbepalingenHoofdstuk 4. Slotbepalingen Artikel 241. Deze wet is, behoudens artikel 5, niet van toepassing ten aanzien van een communautaire onderneming of groep die op het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet partij is bij een of meer in werking getreden overeenkomsten, die voorzien in een regeling terzake van informatieverstrekking aan en raadpleging van de werknemers over grensoverschrijdende aangelegenheden, en gesloten zijn met een werknemersvertegenwoordiging die de communautaire onderneming of groep redelijkerwijs representatief mocht achten voor de werknemers uit de betrokken lid-staten. 2. Indien deze overeenkomsten niet inhouden of binnen vijf jaar na inwerkingtreding van deze wet gaan inhouden, dat werknemers of hun vertegenwoordigers van ondernemingen of vestigingen, die na het sluiten van de overeenkomsten tot de communautaire onderneming of groep zijn gaan behoren, binnen die termijn worden betrokken bij de vernieuwing of aanpassing daarvan dan wel worden vertegenwoordigd in de afgesproken procedure van informatie en raadpleging, wordt deze wet na die termijn op de betrokken communautaire onderneming of groep van toepassing. 3. Artikel 11, achtste lid, is van overeenkomstige toepassing. 4. Dit artikel is van overeenkomstige toepassing op een communautaire onderneming of groep, die met ingang van 15 december 1999 onder de werking van deze wet zou komen te vallen uitsluitend als gevolg van het gaan gelden van de richtlijn voor het Verenigd Koninkrijk, maar die op die datum partij is bij een of meer in werking getreden overeenkomsten als bedoeld in het eerste lid. Artikel 251. Voor de toepassing van artikel 9 behoeft slechts rekening te worden gehouden met die lid-staten, waar de communautaire onderneming of groep werknemers heeft en waarvan de wetgeving ter uitvoering van de richtlijn in werking is getreden. 2. Indien een overeenkomst als bedoeld in artikel 11 niet een bepaling bevat, dat werknemers of hun vertegenwoordigers van ondernemingen of vestigingen van de communautaire onderneming of groep in lid-staten, waarmee overeenkomstig het eerste lid geen rekening is gehouden bij de samenstelling van de bijzondere onderhandelingsgroep, binnen twee jaar na de inwerkingtreding van de wetgeving van die lid-staat ter uitvoering van de richtlijn worden betrokken bij de vernieuwing of aanpassing van die overeenkomst dan wel binnen die termijn worden vertegenwoordigd in de Europese ondernemingsraad of bij de andere procedure van inlichting en raadpleging, wordt die overeenkomst herzien met inachtneming van artikel 9. Artikel 26[Wijzigt de Arbeidstijdenwet.] Artikel 27Deze wet treedt in werking met ingang van 22 september 1996. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst wordt uitgegeven na 21 september 1996, treedt zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst. Artikel 28Deze wet wordt aangehaald als: Wet op de Europese ondernemingsraden. Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden. Gegeven te 's-Gravenhage, 23 januari 1997 Beatrix De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Uitgegeven de vierde februari 1997 De Minister van Justitie, W. Sorgdrager |
|
Adres:
Hogehilweg 19 1101 CB Amsterdam The Netherlands E-mail:
contact@bl-consultancy.com |