TITEL III. BINNENGRENZENTITEL III. BINNENGRENZEN HOOFDSTUK IAfschaffing van het toezicht aan de binnengrenzen Artikel 20Overschrijding van de binnengrenzen De binnengrenzen kunnen op iedere plaats worden overschreden zonder dat personen, ongeacht hun nationaliteit, worden gecontroleerd. Artikel 21Controles binnen het grondgebied De afschaffing van het grenstoezicht aan de binnengrenzen doet geen afbreuk aan: a) de uitoefening van de politiebevoegdheid door de bevoegde instanties van de lidstaten overeenkomstig de nationale wetgeving, voorzover de uitoefening van die bevoegdheid niet hetzelfde effect heeft als grenscontroles; dit geldt ook in de grensgebieden. Voor de toepassing van de eerste zin kan met name niet worden gesteld dat de uitoefening van de politiebevoegdheid hetzelfde effect heeft als de uitoefening van grenscontroles wanneer de politiële maatregelen: i) niet grenstoezicht tot doel hebben; ii) gebaseerd zijn op algemene politie-informatie en -ervaring met betrekking tot mogelijke bedreigingen van de openbare veiligheid en met name bedoeld zijn ter bestrijding van grensoverschrijdende criminaliteit; iii) worden gepland en uitgevoerd op een manier die duidelijk verschilt van de systematische controles van personen aan de buitengrenzen; iv) op basis van controles ter plaatse worden uitgevoerd; b) de uitoefening van de veiligheidscontroles bij personen door de overeenkomstig de wetgeving van elke lidstaat bevoegde instanties, de verantwoordelijke instanties in de havens of luchthavens of de vervoersondernemingen, voorzover deze controles ook worden verricht bij personen die binnen de lidstaat reizen; c) de mogelijkheid voor de lidstaten om personen wettelijk te verplichten in het bezit te zijn van bepaalde titels of documenten en deze bij zich te dragen; d) de verplichting van de onderdanen van derde landen om hun aanwezigheid op het grondgebied van een lidstaat te melden overeenkomstig artikel 22 van de Schengenuitvoeringsovereenkomst. Artikel 22Verwijdering van belemmeringen voor het verkeer aan wegdoorlaatposten aan de binnengrenzen De lidstaten maken alle belemmeringen voor een vlotte verkeersstroom aan de wegdoorlaatposten aan de binnengrenzen ongedaan, en met name snelheidsbeperkingen die niet uitsluitend door verkeersveiligheidsoverwegingen zijn ingegeven. De lidstaten zijn tegelijkertijd voorbereid om in controlefaciliteiten te voorzien wanneer het grenstoezicht aan de binnengrenzen opnieuw wordt ingevoerd. HOOFDSTUK IITijdelijke herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen Artikel 23Tijdelijke herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen 1. In geval van een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid kan een lidstaat bij wijze van uitzondering overeenkomstig de procedure van artikel 24, of, in dringende gevallen, overeenkomstig de procedure van artikel 25, gedurende een periode van ten hoogste 30 dagen dan wel voor de voorziene duur van die bedreiging, indien deze langer is dan 30 dagen, opnieuw grenstoezicht aan zijn binnengrenzen invoeren. De omvang en de duur van dit toezicht blijven beperkt tot hetgeen strikt noodzakelijk is om op de ernstige bedreiging te reageren. 2. Wanneer in verband met een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid een langere periode dan de in lid 1 genoemde nodig is, kan de lidstaat het grenstoezicht op de in lid 1 genoemde gronden en rekening houdend met eventuele nieuwe elementen, steeds met een periode van ten hoogste 30 dagen verlengen overeenkomstig de in artikel 26 vermelde procedure. Artikel 24Procedure voor voorzienbare gebeurtenissen 1. Wanneer een lidstaat de herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen overweegt op grond van artikel 23, lid 1, stelt hij de andere lidstaten en de Commissie daarvan zo spoedig mogelijk in kennis en verstrekt hij de volgende informatie zodra deze beschikbaar komt: a) de redenen voor de voorgenomen herinvoering, waarbij wordt aangegeven welke gebeurtenissen een ernstige bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid inhouden; b) de draagwijdte van de voorgenomen herinvoering, waarbij wordt aangegeven waar de grenscontrole wordt heringevoerd; c) de namen van de aangewezen grensdoorlaatposten; d) de datum en de duur van de voorgenomen herinvoering; e) in voorkomend geval, de maatregelen die de andere lidstaten zouden moeten treffen. 2. Na de kennisgeving van de betrokken lidstaat kan de Commissie, met het oog op het in lid 3 bedoelde overleg, een advies uitbrengen, onverminderd artikel 64, lid 1, van het Verdrag. 3. Over de in lid 1 bedoelde informatie en het advies dat de Commissie overeenkomstig lid 2 kan uitbrengen, wordt door de lidstaat die de herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen overweegt, met de overige lidstaten, en de Commissie overleg gepleegd, met name om eventueel de nodige samenwerking tussen de lidstaten te organiseren en na te gaan of de maatregelen evenredig zijn met de gebeurtenissen die aanleiding geven tot de herinvoering van het grenstoezicht, alsmede om de bedreiging van de openbare orde of de binnenlandse veiligheid te onderzoeken. 4. Het in lid 3 bedoelde overleg vindt ten minste 15 dagen voor de geplande herinvoering van het grenstoezicht plaats. Artikel 25Procedure voor gevallen die urgent optreden vereisen 1. Wanneer de openbare orde of de binnenlandse veiligheid van een lidstaat vereist dat met spoed wordt opgetreden, kan de betrokken lidstaat bij wijze van uitzondering onmiddellijk het grenstoezicht aan de binnengrenzen opnieuw invoeren. 2. De lidstaat die opnieuw grenstoezicht aan de binnengrenzen invoert, stelt de andere lidstaten en de Commissie hiervan onmiddellijk in kennis en deelt de in artikel 24, lid 1, bedoelde informatie alsmede de redenen voor de toepassing van deze procedure mee. Artikel 26Procedure voor de verlenging van het grenstoezicht aan de binnengrenzen 1. De lidstaten mogen het grenstoezicht aan de binnengrenzen enkel op grond van artikel 23, lid 2, verlengen nadat zij de andere lidstaten in het kader van de Raad en de Commissie daarvan in kennis hebben gesteld. 2. De lidstaat die overweegt het grenstoezicht te verlengen, verstrekt de andere lidstaten en de Commissie alle relevante informatie betreffende de redenen voor de verlenging van de grenscontrole aan de binnengrenzen, in welk geval artikel 24, lid 2, van toepassing is. Artikel 27Informatie aan het Europees Parlement De betrokken lidstaat of, voorzover opportuun, de Raad stelt het Europees Parlement zo spoedig mogelijk in kennis van de op grond van de artikelen 24, 25 en 26 genomen maatregelen. Vanaf de derde opeenvolgende verlenging op grond van artikel 26 brengt de betrokken lidstaat, indien hij daarom wordt verzocht, verslag uit bij het Europees Parlement over de noodzaak van grenstoezicht aan de binnengrenzen. Artikel 28In geval van herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen toe te passen bepalingen Wanneer het grenstoezicht aan de binnengrenzen wordt heringevoerd, zijn de desbetreffende bepalingen van titel II mutatis mutandis van toepassing. Artikel 29Verslag over de herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen De lidstaat die overeenkomstig artikel 23 het grenstoezicht aan de binnengrenzen heeft heringevoerd, bevestigt de datum van de opheffing van dat toezicht en dient tegelijkertijd of kort daarna bij de Raad, het Europees Parlement en de Commissie een verslag in over de herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen, waarin met name de werking van de controles en de doeltreffendheid van de herinvoering van het grenstoezicht worden uiteengezet. Artikel 30Informatie aan het publiek De beslissing tot herinvoering van het grenstoezicht aan de binnengrenzen wordt op een transparante manier genomen en het publiek wordt daarvan volledig op de hoogte gebracht, tenzij dwingende veiligheidsredenen zich daartegen verzetten. Artikel 31Vertrouwelijkheid Op verzoek van de betrokken lidstaat respecteren de andere lidstaten evenals het Europees Parlement en de Commissie het vertrouwelijke karakter van de informatie die wordt verstrekt in het kader van de herinvoering en de verlenging van het grenstoezicht en het overeenkomstig artikel 29 opgestelde verslag. |
|
Adres:
Hogehilweg 19 1101 CB Amsterdam The Netherlands E-mail:
contact@bl-consultancy.com |